Apokrieven/Bijgeschriften A De Nieuwe Leviticus 29 januari 2012
 

Leviticus

1.

1. En dit is het nieuwe Leviticus, de nieuwe code en wet, opgesteld door de apostelen. Ja, zeven apostelen hebben het Woord gesproken en gezuiverd. 2. Gij zult geen varkens slachten, noch andere dieren. Het slachten van dieren was ingegeven door boze geesten, omdat de Heere vanaf het begin had gesproken : Gij zult de boze overwinnen en slachten, opdat gij door hun bloed gereinigd zou worden. 3. Deze woorden zijn altijd bedekt gebleven. Zo zult gij stoppen met het slachten van varkens en andere dieren die door de Heere als vredetekens waren gegeven, en gij zult beginnen de varkens der duisternis te slachten, in de hemelse gewesten. 4. Ja, gij zult afdalen tot de hel, zoals Christus eens deed, om daar de gevangenen vrij te zetten, en de varkens die daar heersen zult gij afslachten met het Zwaard des Geestes, en met het Zwaard van het Heilige Vlees, het Woord. 5. Zo zal er dan een nieuw Leviticus zijn, nieuwe tempelvoorschriften. Gij zult stoppen met het slachten van kippen, maar gij zult de kippen der hel slachten door het zwaard des Heeren. 6. De Heere zal de tussenmuur tussen leven en dood verbrijzelen, en het leven zal zich met de dood vermengen. Ook zal de Heere de tussenmuur tussen hel en hemel verbrijzelen. Want gij noemt wat hel is hemel, en wat hemel is noemt gij hel. 7. Gij hebt altijd de paradox des Heeren veracht. Want de Heere sprak : Gij zult de dood door het vlees niet roeren, maar Hij toonde aan hoe de dood door de Geest te roeren. 8. Zo zal in de nieuwe wet de paradox centraal staan, en draait het om de lusten des Heeren die door het verstand niet te vatten zijn. De Heere zal u echter een nieuw verstand geven. 9. Zo zal dan de boze geest van het oude Leviticus uit het geweten gebannen worden. 10. Voert dan strijd tegen het oude Leviticus, opdat gij niet wederom geknecht wordt. Zo is dan het oude Leviticus als een geestesziekte. Gij zult de lever en de nieren uit de demonen snijden, en gij zult het doorboren. Zo zult gij geen schepselen des Heeren meer lastigvallen. 11. Want ziet, hun lust voor bloed kwam voort vanuit hun lever en nieren. Maar gij zult de lusten des heeren voortbrengen. 12. En gij zult de ingewanden der demonen op een hoop gooien, als een slachtberg des Heeren. Hierop zal de heere zijn koninkrijk bouwen. 13. De Heere heeft geen behagen in het bloed van onschuldigen, maar in het bloed van hen die de hel beheersen, en zij die handelen in de dood. Gij zult van de varkens en runderen van de hel de koppen afsnijden, en niet van hen die in vrede de aarde bewonen. 14. Zo zult gij afrekenen met uw geestesziekte, en uw bloed in vreze en beven voor de Heere behouden. Gij zult de ogen van zulke demonen uitsteken, en ze leiden tot de heilige berg des Heeren, waar gij hen zult afslachten. Zo zult gij afrekenen met al uw bloed-tradities. 15. De Heere zal niet onschuldig houden hen die vast blijven houden aan bloed-tradities. Gij zult uw bijbels beschouwen als bezoedeling, en gij zult overstappen tot het tweede en het gezuiverde, anders zal de Heere u bezoeken om u aan te treffen met bloed aan uw handen. 16. Ja, medeschuldig zal de Heere hen houden die de werkers van bloed blijven ondersteunen. De Heere zal hun schuilplaatsen vinden en deze medogenloos laten afbrokkelen. Hiertoe heeft de Heere Zijn spinnen in schuren des hemels bewaard. 17. En zo is er dan een dag des Heeren waarop de Heere zijn spinnen vrijzet, tot het bouwen van een nieuwe schepping. En zij zullen medogenloos zijn tot hen die medogenloos waren. Maar wat medogenloos is bepale de Heere. 18. Gij zult uw geestesziekte onder ogen komen, en uw verstand afzweren, want alleen zulken die hun hoofd tot de Heere opheffen zullen genezing vinden. 19. En zo zal er genezing zijn op de heilige berg des Heeren, en de Heere zal vele slachtbergen oprichten om af te rekenen met het oude. 20. En zo zal de paradox geheiligd worden, en de wet zal genoemd worden : schande ! En zo zullen de lusten des heeren opkomen vanuit de onpeilbare dieptes, en zij zullen de nieuwe verboden bomen omhullen, en deze bomen omkappen. 21. En zo zal er rechtspraak zijn vanuit de lusten des Heeren, en zal het criptisch verstand daarvanuit oprijzen, en met het oude verstand zal niet gerekend worden. 22. En zo heeft de Heere dan de macht om de oude deur te sluiten en de nieuwe deur te openen. En op zijn heilige berg zal geen kwaad meer worden gedaan.